Afgelopen weekend een city-stripje naar Milaan gemaakt. Ik als heuse cultuurbarbaar heb het daar best naar mijn zin. Ik ben niet echt een liefhebber van oud maar er is van dat oude toch een hoop te zien. Imposant is de Duomo. Maar het lijkt of deze eeuwig in de steigers staat. Je kan de steigers dan nog zo mooi afwerken met schilderingen, het blijft lelijk.
Wat ik nog steeds zeer imposant vind is het paard van Leonardo da Vinci. Daar wilde ik dus nog wel een keer naartoe en dus bij de receptie van het hotel even navraag gedaan waar dit paard stond. Vreemd genoeg kon de goede man mij daar geen duidelijk antwoord op geven. Volgens hem werd het paard nog wel eens verplaatst al lijkt mij dat gezien de omvang een kostbaar en tijdrovend klusje. De meest voor de hand liggende plaats van het paard zou de renbaan moeten zijn. Enfin, op naar het paard. Dat is in Milaan echt een peulenschilletje met een gesmeerd lopend openbaar vervoer. Voor 5 euro koop je een kaartje dat gewoon even 48 uur geldig is. Metro, bus of tram, het maakt niet uit, voor 5 euro kom je overal en daar kunnen ze in Nederland nog wat van leren. In dit geval voldeed de Metro prima. Uiteindelijk stond het paard dus gewoon daar waar hij al eeuwen stond. En hij was nog steeds even groot.
Maar Milaan heeft ook zijn dure kanten. Zo is een colaatje uit blik op het terras gewoon 6 euro en betaal je voor een lauwe cappuccino al evenveel. De gemiddelde tasjes kosten al gauw het honderdvoudige van een colaatje en dan heb je nog maar een instap-modelletje, om over de schoenen nog maar te zwijgen…. De meest simpele vrouwen-vodjes gaan er grif voor 700 euro van de hand en als je het per ongelijk een keer te heet wast, blijft er helemaal niets meer van over. Maar ik zou geen recht gesneden Hollander zijn als er voor bepaalde “prijs” klappers geen passende oplossing zou zijn. De cappuccino smaakte het best op het metro-station. Hij was er niet alleen heet, hij kostte ook maar 60 eurocent. Voor de cola moet je toch echt bij de Mac-Donalds zijn. 4 euro voor een hele liter. Noem mij een krent maar er zijn grenzen…